A: Klokkendok heeft onplopbare zeepbellen uitgevonden. De tweeling krijgt een flesje mee en blazen een reuzenbel. Maar die bel slokt iedereen op. Lukt het om ze te bevrijden voor Kloktijd?//B: Mevrouw Melkert is vergeten spullen te halen voor de vruchtenpudding. De tweeling belooft haar huisje schoon te maken zodat zij naar Vleringa kan. Maar de dingen dreigen nogal eens uit de hand te lopen, zodat de kinderen moeten rennen en vliegen om de boel te herstellen.